Op 19 april 2025, tijdens de 16e editie van Rondom Gees, maken we kennis met een nieuw stemgeluid. Commentator Piet Heidema geeft de microfoon over aan Arend Heijs. In februari 2025 sprak ik beide heren.
Jarenlang was hij het bekende gezicht en vooral bekende geluid bij de start van Rondom Gees. Piet Heidema (78) uit Eindhoven op precies 200 kilometer reisafstand van Gees. Vanaf 2011 gaf hij commentaar bij de vertrekkende motorfietsen. Met de microfoon in de hand en zijn karakteristieke stemgeluid wist hij veel over de motoren te vertellen. En vaak ook over de rijders. Dat deed hij met een kwinkslag, soms nét op het randje, maar altijd heel enthousiast en met een schat aan technische kennis. Ik vroeg hem hoe het allemaal begon en wat hem naar Gees bracht.
Op de fiets door het mooie Drenthe
Piets ouders woonden in Zelhem en Hengelo en hadden later huizen in Gasselte en Ommen. Hij kwam daardoor regelmatig in het noorden van het land. Piet reed graag in die omgeving en vooral door het mooie Drenthe. Eerst op zijn fiets, later met de motor. Tijdens de HorsePowerRun in Veenhuizen leerde hij motorliefhebbers uit Rolde en Gieten kennen.
Eerste motor
Als 18 jarige studeerde Piet in Utrecht. Hij moest met het openbaar vervoer van IJmuiden naar Utrecht. Dat was een ‘gedonder’ en Piet besloot zijn motorrijbewijs te halen. Zijn eerste motor kocht hij in 1965. Het was een witte Harley Davidson Liberator WLC uit 1943. Als student had Piet weinig geld en zo’n Liberator was goedkoop. Deze voormalige legermotoren werden veel aangeboden en vaak overgeverfd waarna je een ‘echte Harley’ had. Piet betaalde er destijds 350 gulden voor. Het laatste deel van dat bedrag betaalde hij in termijnen af. Toen de motor kapot ging wist Piets vader wel iemand die hem kon repareren. Piet keek de kunst af. Hij had daarna 4 Liberators die hij voor een paar honderd gulden kocht. Hij sleep de kleppen, zette er nieuwe zuigerveren op en ze kregen allemaal een nieuwe Regina-ketting. Hij spoot ze met de achterkant van de stofzuiger rood en verkocht ze voor zo’n 600 tot 750 gulden. In 1968 kocht hij voor 800 gulden een 600 cc Indian Scout van 1930. Met deze motor reed hij het hele land door. Later kocht hij nog veel meer motoren. Het liefst incompleet want het was leuk om via zijn netwerk de onderdelen erbij te zoeken en de motoren te verbeteren. Piet raakte ook geïnteresseerd in Engelse motoren zoals Norton en Triumph. Hij deed hij mee aan rally’s in onder andere Noorwegen, Engeland, Frankrijk en Duitsland.
‘GBV’
Piet verhuisde in 1977 naar Eindhoven en werkte daar jarenlang op het hoofdkantoor van de Rabobank. Als kredietanalist ging hij langs bedrijven om te kijken of ze een financiering konden krijgen. Wanneer het om grotere bedragen ging stuurde het hoofdkantoor Piet naar de aanvrager. Piet zelf is daarover bescheiden. Hij haalt aan dat het een kwestie van ‘GBV’ is; Gezond Boeren Verstand gebruiken. Leuk detail is dat Piet destijds alleen een motorrijbewijs had en dus op zijn Harley in motortenue langs de klanten ging. Piet herinnert zich de uitspraak van zijn toenmalige baas: ‘Voor een man van jouw stature geeft het geen pas dat je op zo’n pooiermotor rijdt. Zou je niet eens je autorijbewijs halen? ’ Dat deed hij later alsnog.
Vorig jaar kreeg Piet een ernstig auto-ongeluk. Hij herstelde gelukkig grotendeels maar hield er de nodige ongemakken aan over. Inmiddels mag hij geen auto meer rijden. Dat maakt hem afhankelijk van het openbaar vervoer en hulp van anderen. Voor de Rondom Gees editie 2025 geeft Piet zijn microfoon nu door aan Arend Heijs (71) uit Zeist.
Arend is net als Piet razend enthousiast over antieke motorfietsen. Ook Arend vroeg ik hoe het allemaal begon en wat hem naar Gees bracht. Daarvoor gaan we ruim een halve eeuw terug.
Eerste motor en studententijd
Net een week 17 jaar oud, kocht Arend van zijn zuur verdiende vakantiegeld zijn eerst motor, een tweetakt DKW uit de jaren 50. Maar na een paar illegale ritjes rond zijn woonplaats Groningen, besloot vader deze maar snel te ruilen voor een Puch met hoog stuur. In zijn studententijd speelde het motorvirus weer op en kocht hij samen met vijf huisgenoten een 125cc CZ. Met een oefenvergunning kon de omgeving van Delft en Rijswijk verkend worden en het rijbewijs behaald. De CZ werd doorverkocht aan een volgend groepje studenten, inclusief zijn latere vrouw Joke, om ook op deze voordelige wijze hun rijbewijs te halen. Al spoedig schafte Arend een BMW R75/5 uit 1973 aan waar hij samen met Joke de uithoeken van Europa verkende. Maar de klassieke motoren trokken ook. Arend schafte, samen met studiegenoot Jan een AJS en een Norton uit 1955 aan. Ze werden lid van de merkenclubs en bezochten vaak ‘motortreffens’. In 1987 kochten ze samen de eerste vooroorlogse motor, een Norton Model 18 uit 1929, waar hij nog regelmatig mee rijdt.
Geleende motorfiets
In 1989 werd Arend door zijn vrienden in de Veteraan Motoren Club overgehaald om mee te rijden in de Anglo-Dutch Rally in Engeland. Een week lang op motoren van vóór 1915. Omdat hij zelf niet zo’n oude motor had, bood de Engelse organisator hem aan om op zijn motor te rijden, een James uit 1912 zonder versnellingen of koppeling. Een prachtige ervaring die naar meer smaakte. Dit was de aanzet voor al die jaren liefde voor veteraan en pionier motorfietsen daarna. Met jaarlijks een agenda vol motorfietstochten. Dat begint in april bij Rondom Gees en loopt tot oktober met bijna wekelijks een motoruitje.
Collectie groeide
Zijn eerste eigen antieke motor kocht Arend in 1990: een Griffon 350 cc 1-cilinder uit 1903. Net als bij veel andere eigenaren van antieke motorfietsen, groeide zijn collectie gestaag. Onder andere met een Zenith Gradua uit 1912 met een JAP-motor, een Werner uit 1903 met Dion Bouton motorblok uit 1899 en een Excelsior uit 1902. Ook zijn zoon Joek is inmiddels enthousiast geraakt. Hij reist regelmatig met pa mee en rijdt ook heel graag samen op die oude dingen.
Rondom Gees en Horse Power Run
Van 2005 tot 2017 was er door omstandigheden een bewuste stop waarin andere dingen belangrijker waren. De motoren bleven in de schuur. In 2017 werd Arend, samen met zijn zoon Joek weer actief in de antieke motorfietsen. In 2018 kwam hij voor het eerst naar Gees. Zijn vrienden van de Veteraan Motoren Club gingen er naartoe. Arend en Joek gingen mee en reden Rondom Gees en de HorsePowerRun. Een prachtige combinatie. Arend: ‘Waar vind je dat nou? In twee evenementen het zuidelijke én noordelijke deel van Drenthe meepakken!’ Arend komt graag naar Gees. Maar niet alleen daarom!
‘Alles is goed verzorgd’
Arend: ‘Je ziet hier een ongelofelijk enthousiast organisatieteam. Alles is goed verzorgd. Er is een leuke nazit en een warme maaltijd. Ook mooi is dat Rondom Gees geen bekers als prijzen geeft maar in plaats daarvan elk jaar doneert voor een goed doel. Dat is prachtig toch?! Voor de rijders zijn er goede en gezellige logeeradressen en op de vrijdag vooraf is er voor de logees een leuke avond. Zondags kun je aansluitend door naar Veenhuizen voor de HorsepowerRun.’
Internationale contacten
Je neemt nu de microfoon over van Piet. Hoe ga je dat aanpakken?
Arend: ‘Wat ik mooi vind is dat het rijden op antieke motorfietsen om mensen en vriendschappen gaat en die heb je door de gemeenschappelijk hobby! Daarnaast is het prachtig en belangrijk om dit rijdend museum te kunnen delen met de bezoekers. Maar ook al die internationale contacten! Er komen naast de Nederlandse rijders Belgen, Duitsers, Fransen en Denen. Prachtig toch? Ik neem de microfoon graag over en zal binnenkort alvast eens even op rondomgees.nl kijken naar de deelnemerslijst en hun motorfietsen.
Gert de Groot, Gees
Foto boven het interview: Piet Heidema en Arend Heijs tijdens de jaarvergadering van de VMC. Piet is daar benoemd tot erelid.
Foto onder het interview: Arend Heijs in 1970 op zijn eerste motor. Een DKW. Er was toen nog geen helmplicht.